Waarom je American Football toch eens een kans moet geven
In de Verenigde Staten is het volkssport nummer 1. Daarbuiten.. niet echt. Volgens de Australiërs en Britten is het rugby voor mietjes, de rest van de wereld vindt het vooral maar een trage sport met de verkeerde naam (football?!). Toch heeft American Football wel degelijk zijn charme.
Met de Super Bowl (de grote finale) voor de deur op 5 februari, is dit het uitgelezen moment om de sport toch voor één keer een kans te geven. Heb je namelijk de basis door, dan is het eigenlijk toch best wel een prima sport. Om je over de streep te trekken zetten wij zeven punten op een rijtje waarom American Football best tof is. We maken het eerst iets makkelijker door de basis van de sport uit te leggen.
American Football in vogelvlucht
American Football heeft wel iets weg van rugby, maar is toch ook behoorlijk anders. Iedere wedstrijd wordt gespeeld met 11 tegen 11, waarbij er buiten het veld nog eens 35 andere spelers staan als wissel en voor speciale situaties tijdens de wedstrijd. Het veld is 120 yards lang (bijna 110 meter), met aan beide uiteindes een end zone van 10 yards.
Er is altijd één team aan het aanvallen en één team aan het verdedigen. Het aanvallende team moet de bal (in de handen van een speler) in de end zone van het andere team brengen. Dit is een touch down en goed voor zes punten. Als dit niet lukt kan de bal ook nog tussen twee verticale palen geschoten worden voor drie punten.
De end zone wordt op twee manieren bereikt: door keihard te rennen met de bal of keihard te rennen en dan de bal toegespeeld krijgen door de quarterback, meestal de vedette van het team en de enige speler die vooruit mag gooien. Iedere tien yards krijgt het aanvallende team vier pogingen om tot de volgende tien yards te komen. Lukt dit niet, dan gaat het verdedigende team in de aanval. Niet zo ingewikkeld eigenlijk hè? Je kunt nu een American Football wedstrijd kijken en het meeste begrijpen.
Waarom American Football best tof is
Ben je tot hier gekomen, dan sta je hopelijk inmiddels een beetje open voor de sport. Met de volgende zeven punten kunnen we je hopelijk definitief over de streep trekken om in elk geval de Super Bowl een kans te geven.
Het is toch echt een mannensport
Een veelgehoord kritiek is dat American Football-spelers watjes zijn, omdat ze veel bescherming dragen. Daar is echter wel een reden voor. American Football is nog meer gericht op lichamelijk contact en tackles dan rugby, waarbij de bal veel vaker wordt gepasst. Bij American Football passt eigenlijk alleen de quarterback.
De gene die daarna de bal heeft krijgt vroeg of laat een beuk. Als je kijkt naar Clay Matthews, een verdediger van topteam Green Bay Packers, dan weet je wel waarom ze bescherming aanhebben.
Teams zijn net superhelden
Voortbordurend op het vorige punt: het is ongelooflijk om sommige spelers te zien. Iedere positie vergt een andere vaardigheid. De quarterbacks, die de bal gooien, zijn meestal vrij atletisch gebouwd en lang. De running backs, die als een stormram de bal naar de end zone moeten dragen, zijn vaak een soort Usain Bolt on steroids.
Veel verdedigende spelers zijn dan weer ontzettend breed en groot, soms ronduit dik. Laat dat formaat je echter niet misleiden, want zelfs de dikste verdedigers weten er vaak nog een gigantisch snelle honderd meter uit te persen.
Tactiek, zo veel tactiek!
American Football is ontzettend tactisch. Kijk naar een verdediging en je weet dat je er niet zo maar doorheen loopt. Zowel in de aanval als in de verdediging staat de sport bol van de tactiek. Met enige oefening leer je dit herkennen en neemt ook de amusementswaarde enorm toe. Iedere wedstrijd zijn er bovendien wel ingestudeerde speciale acties, trick plays, waarbij het andere team volledig op het verkeerde been wordt gezet.
Spectaculaire acties
Als team wordt de bal vaak of gegooid en (hopelijk) gevangen of direct meegenomen voor een sprint. Beide aanvalsmethodes zijn vaker wel dan niet spectaculair. Een sprinter (running back) die vijf man ontwijkt of een quarterback die de bal over 60 meter perfect in de hand gooit van de ontvanger (receiver). Kies maar: ik weet niet wat toffer is om te zien.
Cheerleaders
Cheerleaders horen bij American Football, zoals een schwalbe bij voetbal hoort. Het verschil is dat ik liever geen schwalbe zie (tenzij het Robben is tijdens het WK), maar nooit ‘nee’ zou zeggen tegen een groep cheerleaders.
Amerikaanse hysterie
De Super Bowl is misschien de enige wedstrijd van American Football die wereldwijd goed bekeken wordt. Met een goede reden, want de wedstrijd zit vol spektakel. Niet alleen de wedstrijd zelf, maar ook de rustperiodes. Tussen de tweede en derde periode is er de zogenaamde halftime show, waarbij de groten der aarde optreden.
Vorig jaar waren het Coldplay, Beyoncé, Bruno Mars en Mark Ronson die de show verzorgden. Niet slecht toch?
De reclames van de Super Bowl
American Football is aan het begin wat lastig te kijken, omdat het vol reclames zit. Het spel ligt vrij vaak stil, wat consumerend Amerika gebruikt om je te bombarderen met reclames. Toegegeven, dat is even wennen.
Tijdens de Super Bowl is het echter een stuk minder erg. Merken halen alles uit de kast voor een ultieme reclame tijdens de Super Bowl, vergelijkbaar met de Kerstreclames in het Verenigd Koninkrijk. Gezien bedrijven voor een reclame tijdens de Super Bowl soms wel twee miljoen dollar moeten betalen, is het overigens wel logisch dat ze dan goed hun best doen.
